Soundraiser Posted January 26, 2009 Report Share Posted January 26, 2009 In het kader van de jaarlijkse watersnood herdenking '53 en het 75 jarig bestaan van ons Scoutingclubje, kwam onderstaand stuk weer eens boven: LOGBOEK VAN DE RAMBONNET Behelzende: het wedervaren van schip en bemanning gedurende de kruistocht in het rampgebied van woensdag 4 Februari t/m Maandag 10 Februari 1953 WOENSDAG 4 FEBRUARI 1953 07.40 UUR Appèl benedendeks, in Rotterdam voor het Districts Hoofdkwartier, Haringvliet 76. De Districts-commisaris, Hopman Peters, verstrekt de bemanning de opdacht te helpen waar maar kan. De commandant van het schip, Ou-baas Loedeman, doet een beroep op de geest van samenwerking, noodzakelijk om te kunnen slagen. Het zesde couplet van het Wilhelmus wordt gezongen. Het nominaal appèl toont de aanwezigheid van 29 padvinders, 1 Korporaal-telegrafist van de Marine en 2 man sleepbootpersoneel aan. 07.45 UUR Vertrek van de kade aan het Haringvliet 08.15 UUR Aankomst aan de Wilhelminakade bij de Holland Amerika Lijn. Hier wordt de uitrusting gecompleteerd met 35 zwemvesten, batterijen, peteroleum, reddingsboeien, lijnen, vlaggestok, een anker, twee tetra-brandblussers. 08.45 UUR Vertrek van de Wilhelminakade met bestemming Hellevoetsluis. In verband met de onbetrouwbaarheid van het vaarwater door het Spui en de onbruikbaarheid van de sluizen van het Voornse kanaal, wordt de route langs Dordrecht gekozen. 09.10 UUR Scheepsraad met de door de commandant aangewezen stafleden. De bemanning wordt over de verschil- lende diensten verdeeld en in ploegen ondergebracht. Zwemvesten worden onder de trap naar dek opgestapeld als veiligheidsmaatregel. De lading wordt beter gestuwd en geregistreerd. De kombuis wordt ingericht en de Primus-kooktoestellen gecontroleerd. Na het passeren van Dordrecht wordt telegrafisch aan Marine-commandant te Hellevoetsluis het voorstel gedaan in Ouddorp te gaan helpen, aangezien de berichten hierover slecht zijn, de commandant ter plaatse goedbekend is en over stafkaarten beschikt. We vragen antwoord voor Willemstad in verband met het kiezen van de vaarroute n.l. Haringvliet of Keten. 12.15 UUR We passeren Numansdorp. 12.25 UUR We passeren Willemstad. 12.29 UUR Telegram ontvangen uit Hellevoetsluis. Commandant gaat accoord met ons voorstel. Ouddorp is nog te benaderen volgen de gewone route op de zeekaarten die we aan boord hebben. 12.30 UUR Stomen verder op naar Hellevoetsluis, in overleg met schipper Smith. Op ’t Haringvliet staat flinke zeegang. Het schip stampt hevig en we krijgen veel buiswater over. Nu we voorbij Willemstad zijn, zouden we moeten keren om het Keten in te gaan, maar de schipper acht dit te gevaarlijk. 12.40 UUR Dwars van de westpunt van Tien Gemeten, in ’t Vuile Gat. Tien Gemeten staat volkomen onder water. 13.12 UUR Dwars van Middelharnis. 13.40 UUR De eerste huizen van Hellevoetsluis in zicht. 13.45 UUR Lopen, hevig slingerend, de haven van Hellevoetsluis binnen. Ou-baas Loedeman speurt de zeer ambulante burgemeester op en overhandigt deze een brief van hopman Peters, waarin deze de hulp van schip en bemanning aanbiedt. Onder dankzegging slaat de burgemeester dit aanbod af, als zijnde niet dringend nodig. Hellevoetsluis kan zich behelpen. Ou-baas Loedemans vervoegt zich bij de Marine-commandant, waar overste O.de Booy, onder wiens bevel het schip uiteindelijk ressorteert, toevallig zelf aanwezig is. Wij krijgen opdracht ons naar Middelharnis te begeven. De commandant vraagt in bliksemtempo naar allerlei zaken die wij mogelijk nodig zouden hebben. Dit beperkt zich tot een Jerrycan petroleum. Onderweg voerden de binnenschippers vrijwel allen de vlag halfstok, waarbij de "Rambonnet" zich aanpaste en zo, in rouw Hellevoetsluis binnenvoer. Hier scheen toevallig een schip met doden verwacht te worden en men zag hier de "Rambonnet" voor aan , deze varend met de vlag halfstok, doden aan boord te hebben. Desgevraagd hebben wij vanzelfsprekend ontkennend geantwoord. Ondanks dit verscheen later een "gevoelig" artikel in een dagblad over het "dodenschip" de Rambonnet. 15.50 UUR Vallen Middelharnis-haven binnen, vlag geheel gehesen, in overeenstemming met de gebruiken bij de marine. De sluis is in reparatie. We wachten hoog water af. 16.30 UUR We passeren de sluis en varen het ongeveer 3 km. lange kanaal af naar Middelharnis. Alles water rondom. Zien de eerste cadavers.Veel vliegtuigen in de lucht waaronder helicopters. 16.45 UUR We bereiken Middelharnis. Contact met havenmeester Frisse. Er wordt gegeten in groepen. (bruine bonensoep, aardappelen, bruine bonen, vlees). 17.10 UUR Ou-baas Loedeman begeeft zich naar de burgemeester, de heer D. Rijnders. 17.30 UUR Vlag ingenomen. 18.00 UUR Ou-baas Loedemans terug met de opdracht: eten koken voor militairen. Zij hebben in dagen geen warm eten gehad. Het schip wordt verder het dorp in verhaald. 18.15 UUR We liggen aan "De Kaai" in Middelharnis . Er heerst hier een enigszins geordende chaos. Behalve een deel van de bevolking zijn hier honderden militairen en hun auto’s op een paar kilometer dijk en straat bijeen. De modder ligt overal duimendik op de straten. Varkens lopen los rond en in de Voorstraat staan paarden aan bomen gebonden. Ou-baas Loedemans woont een soort nood-gemeenteraad bij, waar hij de burgemeester, die ternauwernood nog kan spreken, een uiteenzetting van de toestand geeft. Het blijkt, dat het grootste gevaar gekeerd is, er niemand meer geïsoleerd in zijn huis zit en de waterstand in de ondergelopen polders zakkende is. Onze taak is duidelijk: hier heeft niemand sinds vrijdag behoorlijk gegeten. Wij kunnen hier iets aan doen. Wij vinden hier onze zuster-padvindster Helino Boddens-Hosang-van Dishoeck, echtgenote van de burgemeester van Doetinchem, welke gemeente Middelharnis geadopteerd heeft. Zij heeft haar "operatie-basis" in de kerk van Sommelsdijk. We vernemen dat optreden op eigen initiatief hier gewenst is, hetgeen we prompt doen door 6 Butagas-toestellen met toebehoren te organiseren. Dit was geen eenvoudige opgave, want zij zaten achter slot en grendel en het zoeken van de sleutel in deze chaotische hooiberg is een verhaal op zichzelf. 21.20 UUR Thans reeds ongeveer 20 man in ons overvolle schip te eten gehad. In hoofdzaak militairen. Voorts ongeveer 20 man van het gemeentepersoneel opdracht voor warm eten gekregen. Onze keuken werkt reeds in full swing aan de lopende band. Krijgen tot onze verbazing, zeer gemakkelijk telefonisch contact met Rotterdam. We horen dat nog een schip onderweg is. 21.30 UUR Er blijken hier 500 militairen te liggen die in een nacht- en een dagploeg aan de dichting van de dijk langs het Haringvliet liggen. Het stadhuis is slechts te bereiken via zandzakken en planken. Merkwaardigerwijs stijgt hier het water nog. 22.00 UUR Aangezien de ambtenaren van het stadhuis niet verschijnen om te eten – zij kunnen niet gemist worden – brengen we het eten naar het stadhuis. We houden hier uitdeling aan talloze gaande en komende mensen. De rest van onze bemanning maakt zich klaar om te gaan slapen. De avondklok is ingesteld. Ou-baas Loedemans verkrijgt een pas voor de bemanning om later buiten te zijn. Er zitten enige lieden in ’t hok voor plunderen. 22.20 UUR Er komen regelmatig mensen vragen om slaapplaats in het schip. Met veel passen en meten leggen we een Rotterdamse jongen te slapen die de volgende dag naar Tholen moet om mensen af te halen. 23.30 UUR Op een deel van de corveeploeg na, alles aan boord. Deze ploeg is nog bezig op ’t stadhuis bezig het bestek af te wassen. Men at op de raadstafel in de raadszaal, waar het hoofdkwartier van iedereen gevestigd is. Stuurman Dijks klaagt over hevige maagpijn. De hospik verstrekt tabletjes. Het weer verslechtert. Hevige windstoten. Sneeuwbuien. 24.00 UUR Alles aan boord, na palaver van Ou-baas Loedeman met politie over geldigheid van ons avond-permissie-document. Gebruik van scherpe piepers niet denkbeeldig. DONDERDAG 5 FEBRUARI 1953 02.00 UUR We worden gepord om voor een noodhospitaal warme soep te leveren. Hier liggen 10 patiënten die noodzakelijk warm voedsel moeten hebben. 02.30 UUR Kook- en corveeploeg weer binnen. Er bleek slechts voor twee man nodig te zijn. 06.00 UUR Staf ontwaakt. Sterke verhalen van Korporaal-telegrafist J.Heeger. Hij heeft de naam "de vonken-trekker" gekregen. Stuurman v.d.Seis maakt zich zorgen over de kachelpijp van de potkachel in het stuurhuis. Die pijp gaat door een stuk plaatijzer in een patrijspoort ter zijde uit het schip. Bij het aanleggen komt hij nogal eens in de verdrukking en iedereen roept dan: KACHELPIJP. Hierdoor krijgt onze onderneming de bijnaam van "Operatie Kachelpijp" onder de bemanning. 08.00 UUR Iedereen wakker. Er wordt aan dek gewassen met water dat door ons sterk gechloord is. We moeten zuinig zijn met water uit onze tanks. Ou-baas Loedeman gaat weer telefoneren met Rotterdam. Hoort dat de "Avontuur" onderweg is naar Middelharnis. Er wordt hier geëvacueerd. Opvallend is de zorgzame houding van de militairen die hierbij optreden. De kookploeg is alweer druk in de weer. Op ander gebied is hier weinig voor ons te doen. Kleren heeft men hier niet nodig. Voor diensten met onze jollen in de polders staat het water reeds te laag en bovendien zijn hier ducks aanwezig. 10.00 UUR Dagopening aan dek. Vlaghijsen, wet en motto. Circa 20 man hebben aan boord gegeten, waaronder commando-troepers. Helino Boddens-Hosang-van Dishoeck is aan boord geweest. We zullen gezamenlijk een gaarkeuken inrichten. Wij zorgen vandaag nog voor warm eten voor 500 man. Morgen wordt dit overgenomen door militairen. 10.30 UUR Een ploeg van de "nautische-dienst" is naar de sluis om de "Avontuur" assistentie te verlenen. Een ploeg van de corvee-dienst (populair: operatie Klusjes) ruimt de showroom leeg van een handelaar in Velo-wasmachines, radio’s, jachtgeweren en antiquiteiten. Deze worden in het bovenhuis geborgen. De eigenaar ligt ziek te bed. Tien containers met voedsel georganiseerd, zodat de maaltijden snel verzorgd kunnen worden. De keuken werkt onder hoogspanning. 11.20 UUR Z.K.H. Prins Bernhard aangekomen. Operatie Klusjes helpt Z.K.H. zijn auto van de grond te lichten, als deze niet kan keren. 11.31 UUR Operatie Klusjes gereed met de eetsalon in de showroom. 11.40 UUR Het eetbestek vormt de "bottleneck". Een ploeg van de nautische dienst duikelt 7 etensbakjes op in de kerk van Sommeldijk. Bij een vispartij in een ondergelopen winkeltje komt ook het en ander boven. 12.15 UUR Ou-baas Snoek, commandant van het tweede Rotterdamse padvindershulpschip de "Avontuur" gearriveerd. Zijn schip ligt nog voor de sluis. 12.30 UUR Verzorgen de familie Smit van het café "Havenzicht", door wiens goede zorgen regelmatig en kostenloos telefonische verbinding met Rotterdam mogelijk is, met warm eten. 12.35 UUR Onze sleepboot, die minder diep steekt dan die van de "Avontuur" gaat naar de sluis om de "Avontuur" op te halen. 12.40 UUR Een man naar Sommelsdijk om medicamenten op te halen. 13.15 UUR Operatie Klusjes naar Sommelsdijk. Gamellen wassen en voor 100 man brood klaarmaken aldaar. Man met medicamenten terug. 14.11 UUR De "Avontuur" kan niet door de sluis. Moet wachten op hoog water. 14.25 UUR 75 liter middageten en 15 liter soep naar de kerk van Middelharnis. Onder de preekstoel uitgereikt en ook de afwas gedaan. 14.30 UUR 30 liter warm eten naar de kerk. 14.50 UUR 14 dubbele stukken huishoudzeep afgeleverd aan kerk te Sommelsdijk. 15.15 UUR Onze mensen uit Sommelsdijk komen weer terug. Hebben geholpen met eten klaarmaken en uitdelen. Hebben opdracht om met maaltijd voor 100 man naar een droppingveld te gaan. 15.32 UUR 60 liter warm eten naar droppingveld. 15.50 UUR 30 liter warm eten naar de kerk. 16.15 UUR 40 liter warm eten naar de kerk. 16.27 UUR Onze sleepboot weer terug zonder de "Avontuur". De sluis is te sterk verzand. 16.50 UUR Ook aan boord wordt aan iedereen eten verstrekt die er om vraagt. Thans bijv. 2 marinemensen. Aan de sluis weet men de "Avontuur" ook al te vinden. Daar wordt erwtensoep verstrekt. De berichten wijzen op het aflopen van onze taak hier. Men raakt de toestand meester. 18.20 UUR Hebben voortdurend contact met andere zenders o.a. Ouddorp. Dit heeft onze hulp niet nodig. Uit Rotterdam komt bericht, dat daar een derde schip, de "Adriana" met bemanning en grote voedsel-voorraden gereed ligt en dat een vierde schip uit Amsterdam onderweg is. De commandant van de "Rambonnet" en de "Avontuur" betwijfelen sterk, aan de hand van de laatste berichten, of deze schepen zich nog nuttig zullen kunnen maken. 18.30 UUR Telefonisch inlichtingen op stadhuis Middelharnis ingewonnen. Geen verdere bijzondere opdrachten voor ons. Kunnen vertrekken naar Schouwen en Duiveland. Telegram naar Marine-commandant met voorstel voor "free-enterprise". 18.40 UUR Zender kan niet afstemmen. 18.45 UUR Waarschijnlijk accu leeg. Zender functioneert toch weer. De ou-bazen Snoek en Loedeman hebben zich bij de burgemeester afgemeld. Deze gaf een overzicht van hetgeen hem bekend was over de toestand op het eiland. De organisatie schijnt zich goed te ontwikkelen. De burgemeester betuigt zijn volle tevredenheid over de verleende diensten bij het opvangen van de eerste stoot t.a.v. de voedsel-voorziening. Warm eten vooral psychologisch effect. 20.50 UUR Bemanning te kooi. Staf eet. De wacht is op antwoord van Marine-commandant. Sterke verhalen o.a. van ou-baas Loedeman over middeleeuwse straffen. (Geen gollefies maken!). 21.50 UUR Wagen gevorderd en o.l.v. de bottelier, hopman v.d.Bogaart ongeveer 50 liter soep gehaald bij de "Avontuur”. In de kerk uitgedeeld. Onder toezicht van hopman Lodewijkx en V.T. Jan Streefkerk maken militairen havermoutpap klaar. Deze uitgedeeld. 22.30 UUR Het is niet nodig verdere inlichtingen in te winnen over bestemming van de schepen, in Rotterdam en bij de Marine. Niemand blijkt te weten waar geholpen kan worden. Morgen vaart de "Adriana" uit. Adviseren Numansdorp voor ontmoeting. 23.00 UUR Ou-baas Loedeman en schrijver G.de Koning naar raadhuis. Hier is een permanente luisterpost. (Wij kunnen zelf Hilversum niet ontvangen). Vragen tegen morgenochtend opgave van eventuele oproepen voor hulpverlening. Lezen bericht in "Vrije Volk" over ons lijkentransport. Fraaie berichtgeving. 24.00 UUR Diepe rust. VRIJDAG 6 FEBRUARI 1953 06.30 UUR Ou-baas Loedeman en de schrijver voor informaties naar Raadhuis geweest. Geen nieuws voor ons over de radio. Stellendam heeft geen hulp nodig. Goeree is eerst om 7 uur te bereiken. Contact met Rotterdam. De "Adriana" kan om elf uur in Numansdorp zijn. 08.15 UUR Alle hens gepord. Wassen als gisteren in chloorwater. We varen af naar de sluis. 09.00 UUR Melden ons af bij marine-post aan de haven. Hier ook geen opdracht voor ons. 09.25 UUR Kapitein Kunst van onze sleepboot de "Merwede" sleurt ons met een flinke hobbel over de drempel van de sluis. We gaan naar Numansdorp. Natuurlijk is de kachelpijp weer het slachtoffer. Wij hebben een man van de commando-troepen aan boord, die van zijn onderdeel afgeraakt is en dat in Zijpe wil gaan zoeken. 10.00 UUR Dagopenen onderdeks met vlagbreken, wet en motto. 11.00 UUR Varen, met wind en stroom tegen, langs Tien Gemeten. 11.35 UUR We draaien de haven van Numansdorp binnen. 11.45 UUR Er gaat een koerier naar Numansdorp. 12.00 UUR De koerier komt terug met het bericht dat men gaarne kleren in ontvangst neemt. De "Adriana" is inmiddels aangekomen. 12.30 UUR Eten. 12.30 UUR De kleren worden gelost en in een vrachtwagen geladen, vanaf alledrie de schepen; de drie scheepscommandanten (schipper Mr. Collaar, de oubazen Snoek en Loedeman) gaan naar Numansdorp voor contact met het gemeentebestuur. Dit wordt gevonden met de loco-burgemeester. Er blijkt hier verder voor ons niets te doen te zijn, dan eventueel bij brand in nog droog te komen schuren op te treden. Hierop kunnen we natuurlijk niet werkloos blijven wachten. Evenmin kunnen we om begrijpelijke redenen, ingaan op de suggestie van een marine-onderofficier, hem te assisteren bij het opsporen en bergen van de stoffelijke overschotten. De toestand is hier zo ongeveer als in Middelharnis. Bijna het gehele dorp staat onder water. Slechts een polder is droog gebleven. Ook hier veel cadavers, die in schepen geladen worden. In Middelharnis sleepte men ze achter tractors over straat. Aan de bemanning van het marine-vaartuig A 959 droge sokken en warm eten verstrekt. Hetzelfde aan enige leden van de landmacht. Een officier van gezondheid kan uit onze voorraad wat medicamenten gebruiken. De gebroeders van Spijk, leden van de bemanning van de "Rambonnet" gaan over naar de "Adriana", die naar Rotterdam terug zal varen. Ou-baas Loedeman wenst de plaatsen niet aan te vullen, aangezien de slaapruimte een groot probleem vormt a.b. van de "Rambonnet" en de vrijgekomen ruimte zeer welkom is. Ook aflossing van de jongeren meent hij te moeten afwijzen op grond van het feit, dat men voor een week getekend heeft en deze jongens geen enkele aanleiding tot klachten geven. De ploeg is in korte tijd een eenheid geworden. Never change a winning team. 18.45 UUR Er worden zeer veel palavers gehouden over verdere bestemming van de schepen. Op de berichtgeving kan men slecht aan en men kan er geen hoogte van krijgen waar voor ons enige kans op hulpverlening bestaat. Wel staat vast dat de kans daarop snel minder wordt, nu de autoriteiten de toestanden beter in de hand krijgen. Ou-baas Loedeman stelt voor de "Rambonnet" als verkenningsschip te beschouwen. De "Merwede" is een kleine, maar snelle sleepboot, die niet te diep steekt. De "Rambonnet" heeft ook slechts weinig diepgang. De bemanning is volkomen ingespeeld en de radio-zendontvanger is overal nuttig voor. Wil de uitzending van deze drie schepen nog enig effect sorteren dan dient snel gehandeld te worden. Bovendien wenst de "Rambonnet" zich aan zijn lastgeving van een tocht van een week te houden en staat het schip uiteindelijk onder marine-commando, zodat een hoog tempo geboden is en geen uur van deze week ongebruikt mag blijven. De beslissing valt anders uit. De "Adriana" gaat terug naar Rotterdam. Zij heeft grote voedselvoorraden aan boord. Voedsel kan de "Rambonnet", die over een lijst van marine-depots beschikt, genoeg krijgen. We hebben daar echter geen gebruik van behoeven te maken. Voedsel was overal in voldoende mate aanwezig. De "Avontuur"blijft op eventueel bericht uit Den Haag wachten. 19.00 UUR Na enige bruikbare lading overgenomen en minder noodzakelijke gelost te hebben, vaart de "Rambonnet" uit naar Willemstad. Ou-baas Loedeman zal inlichtingen aldaar inwinnen en de volgende ochtend vroeg met de sleepboot terugkeren. 19.17 UUR We meren te Willemstad. De schrijver op verkenning bij burgemeester v.d. Hooft. Onze hulp gaarne aanvaard. Willemstad is het centrum van actie in de wijde omtrek. In Ooltgensplaat is dringend behoefte aan een keukeninstallatie met koks. "Vonkentrekker" zoekt contact met de zendpost en hij ververst zijn accu. 23.00 UUR 190 broden in Willemstad ontvangen en in het schip geladen, bestemd voor Galathese haven op Flakkee. 24.00 UUR Alles in rust. ZATERDAG 7 FEBRUARI 1953 01.30 UUR Boodschapper aan boord. Ou-baas Loedeman wordt gevraagd op het raadhuis te komen. Hij krijgt daar order om te 6.30 uur ongeveer 400 broden bij te laden voor de Galathese Haven. 6.45 UUR Sleepboot "Merwede" met Ou-baas Loedeman naar Numansdorp nadat deze van burgemeester v.d. Hooft het verzoek gekregen heeft de beide schepen uit Numansdorp te laten komen, o.a. om een begin te maken met opruimingswerkzaamheden – strandvonderij noemde de Heer v.d. Hooft dit – langs de dijken. 07.00 UUR De "Merwede" te Numansdorp-haven. Ou-baas Loedeman brengt het verzoek over van burgemeester v.d. Hooft. Ou-baas Snoek wenst te wachten op bericht uit Den Haag. We nemen D.D.T. over. 07.30 UUR Broden uitgeladen. Expeditie Galathese haven gaat plotseling niet door. Onmiddellijk naar Ooltgensplaat. 08.00 UUR Aankomst van de sleepboot met ou-baas Loedeman uit Numansdorp. Morgentoilet onvolledig door gebrek aan waswater. Cadavers drijven n.l. rond het schip. In Willemstad de indruk gekregen, dat de zaken er goed voor elkaar waren. 08.13 UUR Vertrek. Ou-baas Loedeman vergeet kapitein Kunst te vertellen over veranderde bestemming. 09.15 UUR Aankomst in Galathese Haven tot grote verbazing van ou-baas Loedeman. Kapitein Kunst geeft ons over aan andere sleepboot. Hij gaat voor een dagje naar huis om orde op zaken te stellen. Houdt zich verder ten dienste van burgemeester v.d. Hooft, zolang wij te Ooltgensplaat liggen. 10.05 UUR Varen havenkanaal van Ooltgensplaat binnen. 10.10 UUR Ontvangen bericht dat watersnoodtoestand voor het leger is opgeheven. Havenkanaal zeer smal. Kachelpijp! We varen tussen rietkragen. 10.20 UUR We meren in de haven. Oubaas, bottelier en schrijver melden zich bij burgemeester van Ooltgensplaat de heer P.Hordijk. We aanvaarden de opdracht voor warm eten te zorgen, waaraan hier ook groot gebrek is. Er is een soort nood-cafetaria, waar soep en koffie versterkt wordt, maar dat is niet voldoende. 10.30 UUR In ons schip worden maatregelen genomen om eters te ontvangen. 11.30 UUR De eerste gegadigden komen aan boord. We vorderen de brandweergarage en ruimen die uit. Stuurman v.d. Seis als chauffeur van de brandweerwagen. Een timmerman slaat banken en tafels in elkaar. Naast de garage zetten we een Amerikaanse legertent op als keuken. De mogelijkheid wordt bekeken of de hele zaak door de bevolking over te laten nemen. Er zijn echter geen kookgamellen in het dorp. We laten deze aanvragen bij het Rode Kruis, via Willemstad. Dit kan enige dagen duren, voor ons te lang. Onze technici maken uit, dat in melkkannen gekookt kan worden. Het soldeer zal niet smelten. Een proef valt goed uit. Voor de eetzaal-garage zetten we vaten met lysolverdunning neer, waar iedere bezoeker zijn handen moet spoelen, in verband met het cadaverruimen. Er wordt tot 20.30 uur klaargemaakt: 130 liter dikke soep, 60 liter pap, 230 liter aardappelen, 65 liter groenten, 20 liter jus, 10 kg. vlees. Dit alles voor 500 man bevolking en tientallen militairen. 15.00 UUR Aankomst van Prins Bernhard per helicopter in Ooltgensplaat. Ben de Natris geeft de piloot aanwijzingen voor de landing, geleidt de Prins naar burgemeester Hordijk en licht Z.K.H. ondertussen in over de aard van onze werkzaamheden hier. 15.15 UUR Prins Bernhard vertrekt. 20.00 UUR De eerste ploegen dijkwerkers komen eten. 22.00 UUR De bemanning te kooi. De staf wacht op de komst van de burgemeester voor een bespreking aan boord. 23.30 UUR De staf te kooi. Burgemeester niet geweest. ZONDAG 8 FEBRUARI 1953 NATIONALE ROUWDAG 07.00 UUR Bemanning ontwaakt. Burgemeester verzoekt om komst van commandant "Rambonnet". Het vriest en er ligt een flink pak sneeuw. 07.50 UUR Ou-baas Loedeman zet Burgemeester uiteen dat de bevolking in staat geacht moet worden de keuken over te nemen. Er zijn voldoende vrouwen aanwezig. Slechts een kwestie van organisatie. Komen overeen, dat wij de keuken slechts overdragen wanneer voldoende materiaal aanwezig is en de mensen geïnstrueerd zijn. 10.30 UUR Dagopening. Vlag halfstok. 10.40 UUR Ou-baas Loedeman houdt korte Padvinders-inkeer, waarin hij verband legt tussen onze Belofte, Wet, Motto en onze aanwezigheid hier. 10.55 UUR Materiaal aangevraagd te Willemstad. Keuken draait op volle toeren. Schrijver en enige helpers richten in een Polderhuis een centrale gaarkeuken in, welke door de bevolking zelf gedreven kan worden. 13.00 UUR Ploeg 1 gaat eten. De rest met de keuken bezig. 13.30 UUR Er wordt hard aan de centrale gaarkeuken gewerkt. Met veel moeite tekort aan bestek aangevuld uit ondergelopen schuur. Hopman v.d.Bogaart, de bottelier, is met een roeiboot de polder in geweest om groenten te organiseren. Er komen regelmatig Engelse militairen aan boord om droge sokken en broeken. Zij behoren tot de cadaver- en levend vee ploeg. Toestand te Ooltgensplaat: nog aanwezig 500 mensen van de bevolking, waarvan morgen weer 60 man geëvacueerd worden. De bedoeling was vandaag, maar wegens Nationale Rouwdag, weigerden deze mensen. Morgen gaan zij vrijwillig. De huizen benedendijks hebben ongeveer 3 meter water gehad. De hoofdstraat staat nog ongeveer 1 meter onder. Hier staat ook de kerk. De weer begaanbare dijken hebben geen vrij baan. Er zou nog vrij veel levend vee te bergen zijn. Het verlies aan mensenlevens beperkt zich tot twee. Men klit hier op een paar honderd meter dijk tezamen. De burgemeester, wiens bed achter zijn bureau staat, kan voor organisatorische zaken slechts steunen op enkele mensen, waaronder de Heer de Vries. De rest van de bevolking is nog murw. Daaruit te verklaren, dat een deel apathisch toe staat te kijken, terwijl vreemden het werk opknappen. Dit ook reeds te Middelharnis geconstateerd. De schok is te groot geweest voor het rustige leven van de eilandbewoners, om dadelijk te kunnen overschakelen. 16.00 UUR Vandaag gekookt voor de bevolking: 70 liter pap, 271liter aardappelen, 100 liter groenten, 50 liter jus en ongeveer 350 porties vlees van ongeveer 100 gram, hetgeen georganiseerd bij de slager. Ou-baas Loedeman woont, als commandant van het schip namens een deel van de bemanning, één van de kerkdiensten van de bevolking bij. 16.30 UUR De Rooms-Katholieken onder de bemanning wonen dienst bij van de Engelse militairen. 19.00 UUR Maaltijd van de bemanning. 21.30 UUR Bemanning te kooi. 22.30 UUR Staf ook te kooi, niet dan na zonderling bezoek van een dorpsschone, Mej. v.d. Seis, die, als stuurman v.d. Seis ook een bijzondere goede demonstratie had gegeven van hoe men beslist niet in een zeilkooi te bed moet gaan. MAANDAG 9 FEBRUARI 1953 07.00 UUR Alles wakker. Het heeft gestormd en gesneeuwd. Het is trouwens tot nu toe altijd slecht weer geweest. De overalls brengen veel uitkomst in deze. 08.05 UUR Baas Bronscheer (alias Brombeer), de hofmeester, loopt de kachel onderste boven. Geen nadelige gevolgen voor kachel of schip. 08.30 UUR Laatste bezoek aan Burgemeester Hordijk. Stellen hem op de hoogte van centrale gaarkeuken, die thans onder leiding van de Heer de Vries kan draaien. Wij laten 200 borden en lepels achter. Burgemeester zegt ons dank voor de bewezen diensten. Onze goede sleepboot "Merwede" gearriveerd. 09.25 UUR Vertrek van Ooltgensplaat. We nemen een commmando-troeper, die hier gestrand was, mee. 09.34 UUR We draaien het havenkanaal uit, richting Willemstad. 09.49 UUR Zijn, evenals een ander schip, de "Avontuur" uit Giessendam, op een ondiepte vastgelopen. 09.51 UUR De “Avontuur” los. De "Rambonnet" los, maar de "Merwede"nog vast. 10.11 UUR De "Merwede" los. 10.17 UUR Tros in de schroef van de "Merwede". 10.22 UUR Schroef vrij. Varen weer. 10.45 UUR We doen Willemstad aan. Burgemeester v.d. Hooft heeft ons niet dringend nodig. Zal Rotterdam (D.H.K.) telefonisch op de hoogte brengen, wanneer dat wel het geval is. 11.10 UUR Varen weer, richting Rotterdam. 12.00 UUR Varen op de Kil. 12.30 UUR We passeren ’s Gravendeel. Stuurman v.d. Seis plechtig door ’t schijnlicht in de stuurhut neergelaten. 12.35 UUR Dordrecht in zicht. 12.45 UUR We passeren Dordrecht. 13.00 UUR Eten. Daarna wordt gewerkt om het schip spic-and-span te krijgen. 14.25 UUR We arriveren bij H.M.Onderzeedienst in de Waalhaven. We zetten de zend-ontvanginstallatie aan wal. Voor de laatste maal wordt appèl gehouden. De commandant dankt de bemanning voor de manier waarop zij voor het slagen van deze actie heeft meegewerkt. Hij richt zich in ’t bijzonder tot de "vonkentrekker", de Korporaal-telegrafist J.Heger, die op waardige wijze de marine heeft vertegenwoordigd, veel van de specifieke marine-geest op het schip heeft weten over te brengen (in ’t vroede en in ’t sotte) en daarnaast kans gezien heeft zich in zeer korte tijd in de padvinderssfeer in te leven. Als teken van hoge waardering reikte de commandant hem, namens de bemanning, de linkerhand. Ou-baas Loedeman meldt zich vervolgens bij Kapitein ter Zee O.de Booy, wien we uiteindelijk verantwoording verschuldigd zijn. De Kolonel sprak zijn voldoening uit over het welslagen van de tocht, in het bijzonder over de nauwkeurige wijze van aanduiding van de bewegingen van ons schip. Het gesprek moet helaas afgerbroken worden, maar op ou-baas Loedeman zal de volgende dag terugkeren voor een nadere uiteenzetting. 16.45 UUR Ondertussen is, na overleg tevoren met ou-baas Loedeman de "Rambonnet" naar de Oosterkade gevaren, aangezien het al laat in de middag wordt en het schip vóór donker ontladen en verhaald moet zijn naar het Zuiddiep. 17.10 UUR Het schip arriveert voor de Oosterkade. Hopman Peters ontvangt de bemanning. Het schip wordt ontladen. Hiermede is de kruistocht van de "Rambonnet" ten einde. DINSDAG 10 FEBRUARI 1953 10.00 UUR Kapitein ter Zee O.de Booy ontvangt ou-baas Loedeman, die hem een kort verslag uitbrengt en namens schip en bemanning dank uitspreekt voor de steun, die de Marine ons gegeven heeft. (Het zij hier gezegd, dat het grote vertrouwen, dat de marine in de padvinderij stelde, moge blijken uit het feit, dat een zend- en ontvanginstallatie met een Korporaal-telegrafist voor de bediening slechts in bijzondere gevallen uitgezet wordt). Nogmaals laat de Kolonel zijn tevredenheid blijken.Niets meer van zijn orders zijnde, kan de "Rambonnet" zijn opdracht als beëindigd beschouwen. Verder wordt deze dag besteed aan de afwikkeling. Naar het oorspronkelijke logboek, Aangevuld en gecorrigeerd, Te Rotterdam, 19 Februari 1953. MONSTERROL "RAMBONNET" 1. Oubaas H.Loedeman, Aelbrechtskade 6a ADC/VT ,G.& VTL groep 6 2. Hopman J.v.d.Boogaart, Haverlandstraat 5 G.&.V. groep 92 3. Baas J.M.Bronscheer, Davidstraat 21 AVTL groep 1 4. Schipper J.Smith, Bas Jungeriusstraat 224 G. & V. groep 24 5. C.Fr.Mulders Loods groep 14 6. K.Otte, Busken Huetstraat 146 Bootsmaat groep 30 7. J.Vroom, Hovendaal 10 Bootsman groep 12 8. J.M.Dijks, Robijnstraat 30a Stuurman groep 70 9. J.P.de Vogel, C.I.O.S. Duinlustweg 16, Overveen Loods groep 32 10. F.Koster, Welsedam A. 253, /XIII Ammerzoden (Gld.) VT Joh. Oomstroep 11. J.N.Schenkeveld, Oranjeboomstraat 25 VT St.Leonardusgr. 12. M.J.Kleinjan, Carnissesingel 265 VT groep 34 13. G.de Koning, Insulindestraat 133 VT groep 43 14. J.Heemskerk, Veeluststraat 7a VT groep 6 15. B.de Natris, Voorschoterlaan 141 Loods Stella Marisgr. 16. S.Hoogerbrugge, Prins Mauritssingel 89a VT groep 41 17. H.Lodewijkx, Pallisanderstraat 15 AV groep 1 18. J.Streefkerk, Clementstraat 61b VT groep 34 19. D.van Elk, Goede Hoopstraat 13a Bootsman groep 12 20. G.v.d.Korput, Kruisemuntstraat 61b Stuurman groep 24 21. J.Hantelman, Schiedamseweg 469 Stuurman groep 24 22. H.van der Seis, van Cittertstraat 39b Stuurman groep 24 23. B.van Spijk, Voetjesstraat 77 Bootsmaat groep 24 24. A.van Spijk, Voetjesstraat 77 O.P.V. groep 24 25. F.Kooyman, Gaesbeekstraat 14 Bootsman groep 24 26. W.Evers, Graaf Florisstraat 108b Bootsman groep 24 27. C.Pors, Eben Haezerstraat 96b Verkenner groep 24 28. F.Hantelman, Schiedamseweg 496 Bootsmaat groep 24 29. A.Tems, Wolphaertsbocht 333a Bootsman groep 24 30. J.M.Heger, 2e van Aersenstraat 10, Vlaardingen Kpl.Telegrafist Kon. Marine Link to comment Share on other sites More sharing options...
Pim Posted January 27, 2009 Report Share Posted January 27, 2009 Watersnoodramp 1953 De verwoestende kracht van het water Veel mensen worden die nacht in hun slaap opgeschrikt door het water. Ze worden ingesloten in hun eigen huis en moeten zichzelf zien te redden. Huizen storten in door de kracht van het water en de voortrazende storm. Telefoon- en radioverbindingen vallen weg. In de ochtend van 1 februari wordt het dan eindelijk eb en daalt het waterpeil iets. Sommige mensen zien de kans om hoger gelegen gebieden te zoeken, of vluchten alsnog de daken van hun huizen op. Individuele reddingsacties komen op gang, dorpelingen zoeken met bootjes naar drenkelingen en zetten mensen af op hoger gelegen gebieden. De ernst van de situatie in het rampgebied is voor de buitenwereld nog niet duidelijk, door het wegvallen van (verkeers)verbindingen. Grootscheepse reddingsacties komen dan ook pas later op gang. De situatie wordt nog erger als in de middag van 1 februari een tweede vloed opkomt. Deze vloed zou de meeste levens kosten. Doordat de dijken al gebroken zijn, komt het water in de polders nog hoger te staan. Veel huizen die de eerste vloed hadden doorstaan, storten alsnog in. Mensen en vee worden door de watermassa meegesleurd. Drenkelingen klampen zich in het water vast aan alles wat drijft, in de hoop op tijd gered te worden of hoger gelegen gebieden te bereiken. Voor veel mensen komt de hulp te laat, voor anderen breekt opnieuw een koude, donkere nacht aan. De gevolgen De gevolgen van de ramp zijn enorm. 1836 mensen overlijden als gevolg van de ramp. Van deze 1836 vallen er 864 slachtoffers in Zeeland, 247 in Noord-Brabant, 677 in Zuid-Holland en 7 in Noord-Holland tijdens de ramp. Ongeveer 40 mensen overlijden later nog als gevolg van de ramp. 200.000 koeien, paarden, varkens en ander vee komen om in het water, en bijna 200.000 hectare grond komt onder water te staan. Als gevolg van het zoute water zou de vruchtbare landbouwgrond voor lange tijd onbruikbaar zijn. Ook worden 3000 woningen en 300 boerderijen vernietigd, en nog eens 40.000 woningen en 3000 boerderijen raken beschadigd. 72.000 mensen moeten hun huis verlaten en worden geëvacueerd naar veiligere gebieden. Redding. Groenendijk Nadat in het Deltagebied al vele dijken gebroken waren werd ook in Zuid-Holland rond de Hollandse Ijssel de situatie kritiek. Na het breken van de Schielandse Hoge Zeedijk, was de dijk van de rivier de Hollandse Ijsel nog de enige dijk die ruim 3 miljoen mensen in Zuid en Noord-Holland behoude voor de grillen van de storm. De dijk hield stand maar bij de sectie beter bekend als "Groenendijk" werd de situatie kritiek. De dijk die daar niet was verstevigd met stenen dreigde te breken onder de enorme druk. Rond 5:30 in de ochtend van 1 Februari brak de dijk. Het zeewater baande zich een weg richting de zeer laag gelegen gebieden van Zuid-Holland. Als een laatste wanhoopsactie commandeerde de brugemeester van Nieuwerkerk de bezitter van het schip "de Twee Gebroeders", dit in het gat in de dijk te varen. Het plan bleek te werken, en het schip zette zich vast in het gat in de dijk. Hulpverlening Op maandag 2 februari komt de grootscheepse hulpverlening op gang en wordt de ernst van de situatie duidelijk. Verkenningshelikopters vliegen over het rampgebied en er wordt begonnen met het droppen van hulpgoederen en zandzakken. Ook wordt hulp aangeboden vanuit het buitenland: België, Engeland, de Verenigde Staten, Canada, Denemarken en Frankrijk sturen materieel en militairen. Voorzichtig wordt begonnen met de eerste evacuaties. Op 3 februari zijn er 12.000 manschappen in touw, en 's avonds is de echte ramp voorbij. De storm is gaan liggen, en er vallen geen dodelijke slachtoffers meer. Hier en daar zitten nog mensen vast, maar ook zij worden snel gered. Binnen enkele dagen zijn ook de evacuaties uit de ondergelopen en gevaarlijke gebieden voltooid en kan een begin gemaakt worden met het opmaken van de schade en het herstellen van de dijken. Herstel van het getroffen gebied De watersnoodramp van 1953 zorgde uiteindelijk voor het besef dat er nu eindelijk echt wat aan de toestand van de dijken gedaan moest worden. Op 4 februari 1953 kondigde minister Drees in de Tweede Kamer dan ook aan dat het herstel van de dijken de hoogste prioriteit krijgt. Ook wordt een Deltacommissie in het leven geroepen, met als hoofd de directeur-generaal van Rijkswaterstaat, de heer Maris. In augustus 1953 geeft deze Deltacommissie al een advies voor het herstel van de dijken die het snelst gerepareerd moeten worden: de Schouwense dijk en een beweegbare stormvloedkering in de Hollandse IJssel. Ondertussen zijn vrijwilligers en dijkwerkers hard aan het werk om de gaten in de dijken zo goed als het kan te dichten. Eerst moet de zee tegengehouden worden, daarna kunnen de dijken pas permanente worden gedicht. Binnen een week laten 30.000 vrijwilligers zich registreren om te helpen de dijken te herstellen. Rijkswaterstaat heeft de leiding over de herstelwerkzaamheden die gefinancierd zullen worden door het Rijk. Moeizame start De herstelwerkzaamheden worden verdeeld over verschillende partijen. In Noord- Brabant zorgt de regionale directie van Rijkswaterstaat samen met de Dienst Dijkverhogingen voor het herstel, in Zuid-Holland wordt het grootste deel van de werken uitgevoerd door Provinciale waterstaat. In Zeeland wordt de Dienst Dijkherstel opgericht. De verschillende meningen van de organisaties zorgen voor een wat moeizame start. De Dienst Dijkherstel wil bijvoorbeeld het liefst caissons gebruiken voor het dichten van de gaten in de dijken. Caissons zijn grote betonnen blokken die de stroom water snel kunnen blokkeren. Andere partijen hebben weer voorkeur voor het sluiten van de dijken door middel van klei en steen. Uiteindelijk wordt gekozen voor de bouw van zogenaamde eenheidscaissons: blokkendozen die in allerlei variaties inzetbaar zijn. De plannen voor grote herstelwerkzaamheden worden verder uitgebreid door de Deltacommissie. Op 16 maart 1954 komt zij met een uitgebreid advies, dat de basis zal leggen voor de Deltawet van 8 mei 1958. Link to comment Share on other sites More sharing options...
Recommended Posts